Mevrouw Berg woont in het onlangs vernieuwde woonzorgcentrum Meulenhof in Tubbergen. Waar mevrouw Berg is, daar is Max. De twee zijn onafscheidelijk. “Ze heeft Max nu een paar maanden”, zegt verpleegkundige Anne Ruël. Mevrouw Berg knikt instemmend en vertelt: “Ik ben helemaal gewend aan hem en kan nu al niet meer zonder. Overdag is hij bij me als ik aan het kleuren ben. Dan praten we en hebben we samen gein. Hij luistert heel goed.” Mevrouw Berg richt zich tot Max en zegt dan lachend: “Niet mijn geheimen verder vertellen hè? Nee, dat doe jij niet. Je bent zo lief.” Max reageert met een klein blafje en knippert met zijn oogjes.
Gezelschapsdier
Niet alleen overdag, ook ’s avonds zijn de twee altijd samen te vinden. “Dan leg ik Max naast me in mijn armen. We kletsen even en daarna zeg ik ‘ssttt’ tegen Max. Ik moet ook slapen. Als hij niet bij me is dan mis ik hem echt. Hij hoort bij de familie. Ook mijn kleinkinderen zijn namelijk dol op Max. Alleen tijdens het eten mag hij niet op schoot. Ik wil niet dat hij vies wordt”, zegt mevrouw Berg terwijl ze zachtjes met haar handen over zijn rode sjaal strijkt. Max reageert onmiddellijk door met zijn kopje te bewegen.
Op tafel
De twee interactieve knuffelhonden en knuffelkat die vorig jaar zijn aangeschaft voor de afdeling zijn erg in trek bij de bewoners. “Eigenlijk reageren alle bewoners er leuk op”, aldus Anne. “De honden zijn het meest populair. Sommige bewoners komen namelijk van de boerderij en zijn niet gewend aan katten binnen. We zetten de knuffeldieren regelmatig op tafel in de woonkamer. Je ziet direct dat bewoners en hun naasten er heel goed op reageren. Ze moeten lachen om de dieren, knuffelen ze graag en beginnen een gesprekje met ze. Mevrouw Berg vond het zo leuk, dat haar familie besloot om zelf Max voor haar te kopen. Ze geniet volop van zijn gezelschap.”