“Ik voel me hier helemaal thuis.” Aan het woord is Truus Vrerink. Zij woont inmiddels bijna drie jaar in haar appartement in Meulenhof. Ruim vijftien jaar was ze vrijwilligster in dit woonzorgcomplex, totdat ze er zelf kwam wonen.
Na het overlijden van haar man bleef Truus jarenlang in haar huis wonen. “Ze leidde een heel actief en sociaal leven en was veel op pad”, vertelt dochter Ellen tijdens het koffie inschenken. Dat veranderde toen ze minder mobiel werd, aan huis gekluisterd was en steeds meer in een isolement dreigde te raken. “Ik zag erg op tegen een verhuizing en het achterlaten van mijn vertrouwde huis”, vertelt Truus.
Aanspraak
Nadat ze naar Meulenhof was verhuisd, merkte Truus hoeveel aanspraak ze om zich heen had van medewerkers en medebewoners. “Terwijl ik me ook op elk moment kan terugtrekken in mijn eigen appartement. Ik merkte ook hoeveel activiteiten hier worden aangeboden door de activiteitenbegeleiders. Dit zou niet mogelijk zijn zonder de vrijwilligers. Tegenwoordig hebben de zorgmedewerkers immers hun handen al vol aan hun zorgtaken.”
Als vrijwilliger geniet Ellen van contacten met bewoners en medewerkers. “In mijn andere rol, als dochter en mantelzorger, kom ik mijn moeder heel regelmatig bezoeken. Ik ben in de rol van mantelzorger wanneer ik haar help met dingen die niet tot de zorgtaken van de medewerkers behoren. Bijvoorbeeld als ik kleren met haar koop en haar met andere persoonlijke dingen help.”
“Familieleden kunnen belangrijk zijn als ondersteuning”
Ellen vindt het belangrijk en leuk om als familielid betrokken te zijn bij wat er in Meulenhof gebeurt. “Vaak help ik dan tegelijk met activiteiten voor bewoners. De activiteitenbegeleiders zijn er voor het welzijn van de bewoners, maar familieleden kunnen belangrijk zijn als ondersteuning. Ook door een praatje te maken met bewoners of koffie met hen te drinken in een huiskamer.”