Toos werd geboren in Vasse als de op vier na jongste in een gezin van elf kinderen. “Mijn ouders hadden een boerderij met dertien koeien. Doordat we zelf melk hadden en kaas konden maken, hadden we gelukkig ook tijdens de oorlog eten.”
Ze maakte de crisisjaren mee, de oorlog en de toenemende welvaart na de oorlog. Ze herinnert zich nog dat ze als kind hielp met melkbussen sjouwen. “We stonden elke dag vroeg op om te helpen op de boerderij. We brachten melkbussen naar de zusters en de pastoor in het dorp. Ook hielpen we om knollen te trekken op het land en gingen we met de trekker overal naar toe.” Wat ze zich ook nog goed kan herinneren is dat ze bij thuiskomst uit school oude kleren aan deed en haar ouders hielp met het aansteken van de kachel en het fornuis.
Schuilplaats
Tijdens de Tweede Wereldoorlog boden de ouders van Toos een schuilplaats aan meerdere onderduikers en verzetsmensen. “Op een gegeven moment sliepen we met 28 mensen op de boerderij. De onderduikers sliepen in een hol onder het hooi. Ik herinner me nog dat mijn vader best angstig was. Mijn moeder was minder angstig en zorgde ervoor dat alles geregeld was.”
Toos trouwde na de oorlog in Vasse met Jan Hulskotte. Hij had een administratieve baan in de agrarische sector. Samen kregen ze twee kinderen, een zoon en een dochter. “Inmiddels zijn we met de kleinkinderen erbij met acht”, vertelt ze. Samen met Jan verhuisde ze dertien jaar geleden naar een appartement bij de Meulenhof. Jan overleed elf jaar geleden. “We zijn nog 50 jaar getrouwd geweest”, vertelt ze.
Inmiddels is ze 97 en kijkt ze terug op bijna een eeuw met grote veranderingen. Of ze ernaar uitkijkt om 100 te worden? “Van de ene kant wel”, zegt ze. “Ik zou het leuk vinden voor de kinderen, kleinkinderen en familie. Aan de andere kant als het niet zo is, is het ook goed.”
Levensles
Of ze nog een levensles voor ons heeft? “Ik zou alleen maar willen zeggen, wees tevreden met wat je hebt. Als kind speelden we met een lege doos waar vermicelli in had gezeten. Of we zetten vier stoelen bij elkaar en speelden daartussen. Je hebt niet zoveel nodig om gelukkig te zijn.”